Monique de Vos over haar man Ton Elias: ‘Toen ik Ton ontmoette, vond ik hem een draak van een vent’

By in
Monique de Vos over haar man Ton Elias: ‘Toen ik Ton ontmoette, vond ik hem een draak van een vent’

Uit: FD Persoonlijk Magazine d.d. 17-4-2019

Monique de Vos (57) over haar echtgenoot, Ton Elias (64), oud-lid van de Tweede Kamer en voormalig journalist, tegenwoordig toezichthouder, adviseur, dagvoorzitter en wijnimporteur.

Is de keuken een grote bende na een diner, dan schuift Ton de troep opzij, om precies een vierkantje ruimte te maken voor zijn laptop. Daarna begint hij met werken. Ik verbaas me daar altijd over, heb zelf om me te concentreren een rustige omgeving nodig. Het huis opruimen en schoonmaken zijn niet Tons favoriete bezigheden, dus dat doen de hulp en ik. Wel houdt hij van koken – en dat kan ik weer niet –, dus bij ons zijn de taken goed verdeeld.’

‘Ton is zeer van de gezelligheid. Ook als ik spontaan met vijf vriendinnen thuiskom, draait hij zo een lekkere pasta in elkaar en trekt een paar goede flessen wijn open. En hij omarmt tradities; eens in de twee jaar houdt hij rond zijn verjaardag een herendiner met zo’n vijftien vrienden en zo ongeveer evenveel gangen. Sommigen van die groep kent hij al sinds zijn kindertijd.’

‘Toen ik Ton ontmoette, vond ik hem een draak van een vent. We werkten allebei bij Aegon, hij als directeur communicatie, ik was hoofd arbeidsongeschiktheids-verzekeringen. De directie vond dat er meer vrouwen naar voren moesten worden geschoven, dus toen iemand iets bij De 5 Uur Show moest vertellen over de nabestaandenwet, werd ik dat. Ik wist er alleen niks van af. “Maakt niet uit”, zei Ton, “dan kun je je vandaag nog inlezen.” Ik kreeg ook wat mediatraining van hem, waarbij hij me niet spaarde. Het was “helemaal niks” of “waardeloos”. Dat hielp: ik zal hem eens wat laten zien, dacht ik. Het optreden ging uiteindelijk hartstikke goed. Na een aantal jaar Aegon gingen we beiden weer ons weegs. Een jaar of tien later kwamen Ton en ik elkaar weer tegen bij een haringparty in Den Haag. Inmiddels waren we allebei gescheiden. Ik liep op krukken vanwege een blessure, en toen ik aan kwam hinken stortte ik me zowat in de armen van Ton. Er was een sterke klik; vier weken later stond mijn huis te koop. Nooit eerder was ik zo impulsief. Ik had in mijn Aegon-tijd geen dubbeltje gegeven voor dit scenario, maar nu voelde het geheel natuurlijk.’

Familiehistorie

  • Ton Elias (64) werd geboren in Den Haag en groeide daar op in een gezin met vier kinderen. Zijn vader was onderwijsjournalist, zijn moeder huisvrouw. Hij studeerde politicologie aan de Universiteit van Amsterdam, combineerde dit met een baan bij studentenblad Folia, en maakte de studie daarna niet meer af.
  • Van 1982 tot 1995 was Elias politiek verslaggever voor de NOS en RTL, daarna ging hij werken bij Aegon als directeur communicatie. Daar ontmoette hij zijn huidige vrouw, Monique de Vos (57).
  • Pas in 2006, toen beiden weg waren bij de verzekeringsmaatschappij en hij zijn eigen communicatiebedrijf leidde, leerden ze elkaar goed kennen en kregen ze een relatie.
  • Ze trouwden in 2008, tevens het jaar dat Elias Kamerlid werd voor de VVD.
  • Onvrijwillig verliet hij in 2017 de kamer. Nu importeert en verkoopt hij wijn, is hij toezichthouder en adviseur en in te huren als dagvoorzitter. Ton Elias heeft twee kinderen, Suzanne (27) en Erik (25).

‘Mensen zien Ton vaak als een ruziemaker, maar dat is hij niet. Hij is wel direct, en dat wordt niet altijd gewaardeerd. Sommigen zijn een beetje bang voor hem. Ik vond en vind dat “recht voor zijn raap” wel verfrissend.

Ton Elias en Monique de Vos op hun huwelijksreis in Martinique, in 2008.
Ton Elias en Monique de Vos op hun huwelijksreis in Martinique, in 2008.

Ton is veel, maar in elk geval geen hypocriet. Ik denk dat hij daarom extra geraakt was toen hij in 2017 zo’n beetje uit de Kamer is gegooid door de VVD-fractie. Zelf zou hij nooit achter iemands rug iets dergelijks bekokstoven. Het heeft hem zeker een knauw gegeven, en er zijn ook mensen met wie hij daardoor geen contact meer heeft. Maar ook het tegengestelde gebeurde: er waren mensen van binnen en buiten de fractie van wie hij het niet verwachtte die hem steunden. Met hen drinkt hij nog steeds af en toe een glas.’

‘Tons vader was onderwijsjournalist. Als klein jongetje fietste Ton in zijn korte broek naar de ministeries om persberichten op te halen. Zijn vader had een kampverleden, waardoor hij heel erg in het hier en nu leefde en alles wat er binnenkwam aan geld direct weer over de balk gooide. Ton is daardoor wat behoudender geworden in het uitgeven. Pas sinds hij mij kent draagt hij mooie dassen en manchetknopen, maar eigenlijk vindt hij het zonde van het geld. En voor ons huis en mijn kantoor, dat hij mee hielp inrichten, vond hij veel meubels en spullen op Marktplaats. Waar hij overigens wel veel geld aan uitgeeft, is eten en wijn. Maar ook dan geldt zuinigheid­; hij gooit nooit iets weg, gebruikt ieder restje.’

‘Vroeger dacht ik altijd dat ik aan zou komen met een lange, slanke, sportieve vent. Dat is niet helemaal de omschrijving van Ton. Hij houdt te veel van gezelligheid en een goed glas, en je ziet hem ook niet hardlopen of op een tennisbaan. Wel sport hij een paar keer per week, onder begeleiding van “de beul”, zoals hij zijn personal trainer noemt. Ook heeft hij een grote liefde voor zeilen, die ik helaas voor hem niet deel. We hebben een bootje liggen in Nieuwkoop, maar ik ben niet bevangen geraakt door het watervirus. Er is genoeg waarin we elkaar wel vinden, zoals theater­, boeken, concerten, ons huis in Frankrijk. En wijn is een gezamenlijke passie, we hebben samen­ een wijnimportbedrijfje. Verder is onze kracht dat we samen veel lachen, en onszelf en elkaar niet zo serieus nemen.’

‘Zijn kinderen zijn nu eind twintig. Toen ze nog thuis woonden heb ik grofweg hun hele middelbare school meegemaakt. Ik heb met hen een goede band, ze accepteerden als kind mijn aanwezigheid en autoriteit eigenlijk zonder morren. Ton is een liefdevolle maar strenge vader. Ook tegen zijn kinderen is hij direct. Zijn dochter kreeg onlangs bij haar beoordelingsgesprek van het werk een compliment over haar weerbaarheid. “Hoe zou dat nou komen, pap”, was haar commentaar. Lapzwansen zit niet in Tons systeem, dus hij verwacht dat anderen dat ook niet doen.’

Ton over Monique

‘In de jaren negentig was Monique een van de weinige pittige en buitengewone vrouwen op een toppositie. Ze viel wel op. We werkten beiden bij Aegon, maar de eerste keer dat we echt met elkaar spraken was jaren later, toen ik haar uitnodigde na een feestje. Het was bijna eng te merken hoeveel we op elkaar leken, qua interesses, politieke voorkeur en eigenschappen.’

‘Nu, zoveel jaar verder, botsen we zelden, maar als het botst, botst het flink. Dat frêle vrouwtje kan stevig uithalen. Ik ben meestal degene die zich overgeeft; ik weet dat ruziemaken met haar geen enkele zin heeft.’

‘Monique zit zelden stil, ze is altijd bezig. Behalve als we in Frankrijk zijn, waar we een huis hebben. Dan kan ze uren doorbrengen aan het zwembad en pillen van boeken wegwerken.’

‘Monique is enthousiast en energiek en ze zeurt niet. Als ik haar weer heb meegesleurd naar mijn bootje – waar ze eigenlijk niet zoveel aan vindt – en we een dag in de regen varen, hoor je haar niet. Dat vind ik top.’